Uit de canon: sarcofagen in Venhuizen en Etersheim
Dit is een verhaal uit de Canon van de Noord-Hollandse Archeologie
In 2009 werd in het Markermeer nabij Etersheim een sarcofaag op de waterbodem gevonden. Duikers en archeologen brachten de natuurstenen kist, inclusief het in tweeën gebroken, prachtig versierde deksel boven water. De vondst zou anders een makkelijke prooi zijn voor souvenirjagers en kwetsbaar voor beschadiging door buitenboordmotoren.
De sarcofaag behoorde waarschijnlijk tot het twaalfde-eeuwse dorp Etersheim. Het huidige dorp in de gemeente Edam-Volendam kent namelijk een middeleeuwse naamgenoot die door diverse overstromingen in de golven van de Zuiderzee is opgegaan, met kerk en al.
Ondergang van de kerk
De sarcofaag is met de ondergang van de kerk in het water terecht gekomen. De inwoners hadden bij de zoveelste vloed het dorp al verlaten en waren binnendijks gaan wonen. Hier bouwden ze rond 1730 een nieuwe kerk en zo ontstond het huidige Etersheim. Voor wie de sarcofaag ooit bestemd was is onbekend. In de buurt van Etersheim wordt ook nu nog onder water onderzoek gedaan. Dit gebeurt als voorbereiding op de dijkversterking van de Markermeerdijk. In het archeologisch rapport ‘Van het voorland verdwenen’ kun je meer lezen over verdronken nederzettingen in Noord-Holland.
Wie werd begraven in een sarcofaag?
In de Middeleeuwen werden voor begravingen van sommige rijke mensen sarcofagen of stenen doodskisten gebruikt. Deze natuurstenen kisten moesten van ver worden aangevoerd, waarschijnlijk per schip. Dat was een kostbare aangelegenheid. Alleen de rijke bovenlaag van de overwegend agrarische samenleving kon zich zo’n sarcofaag veroorloven. Het gebeurt niet vaak dat een sarcofaag in de archeologische context wordt aangetroffen. Vaak zijn ze verplaatst en kapot, leeg of zelfs hergebruikt als drinktrog of in oude kerkmuren. In Noord-Holland zijn twee volledige sarcofagen gevonden uit de twaalfde eeuw.